Ik open de
deur en stap naar buiten. Daar sta ik dan. Op het stoepje waar ik al zoveel
middagen heb gestaan. Ik ben al zo vaak die deur uitgelopen, dat het routine
zou moeten zijn. Een handeling die zonder nadenken wordt uitgevoerd. Maar
vandaag ben ik me extreem bewust van de klik waarmee de deur achter me sluit.
Vier dagen
per week, zevenenhalve maand lang bracht ik door in het pand achter me. Ik deed
er ervaring op als tekstschrijver. Ik leerde over de kracht van woorden, over
inleven in doelgroepen, over duidelijke taal en over schrappen. Ik ontdekte dat
er een hele hoop meer achter een blad of campagne schuilt dan gedacht. Dat het
kleinste detail een totaal andere reactie teweeg kan brengen. Ik zocht, las,
schreef en herschreef. Ik interviewde allerlei mensen en kwam menig keer met
een grote grijns op mijn gezicht uit zo’n gesprek, vol energie vanwege het enthousiasme
van een volslagen onbekende.
Maar van het
ene op het andere moment ben ik geen stagiaire meer. Ik ben werkloos, net als
zoveel anderen. Ik hoorde erover op het journaal. Ik sprak erover met mensen
uit mijn omgeving. De situatie is mij dan ook niet onbekend. Maar niets is zo
leerzaam als iets zelf ondervinden of zelf doen. Dat heb ik de afgelopen
maanden wel gemerkt. Toch hoop ik niet veel over werkloos zijn te gaan leren.
Laat dat dan maar een van die dingen zijn waar ik niet goed in ben, omdat ik er
geen ervaring mee heb.
“Persoonlijke
verhalen, daar word ik blij van.” Ik hoor het mezelf nog zeggen als antwoord op
de vraag wat ik zou willen schrijven. Maar hoe mijn eigen verhaal verder gaat,
weet ik niet. Geen baan meer en binnen vier maanden moet ik zijn verhuisd. De
toekomst lijkt één groot vraagteken. Wees geduldig, kreeg ik als advies. Maar
geduldig zijn is lastig als ik een onbekende tijd op iets onbekends moet wachten.
Over een
half jaar schrijf ik misschien wel een blog over hoe leuk ik het heb op mijn
werk en hoe makkelijk ik daar terecht kwam. Over hoe wonderlijk het kan lopen.
Of overdenk ik schrijvend een half jaar vol vruchteloze sollicitaties in een
periode die me desondanks veel bracht. Misschien zit ik wel in een huisje hier
vlakbij, of ontdek ik de sfeer aan de andere kant van het land. Wie zal het
zeggen? De uitspraak “de tijd zal het leren” is hier wel op zijn plaats. Jammer
dat die tijd geen richtingaanwijzers heeft.
Mooi gevonden zeg, die laatste zin: "Jammer dat die tijd geen richtingaanwijzers heeft." Ja, soms is dat iets goeds, en soms maakt het dingen lastig. Succes!
BeantwoordenVerwijderen