Afgelopen
weekend was het weer zover: het jaarlijkse geleidehondenweekend van de
Oogvereniging vond plaats. Een weekend waarin baas en hond op een andere manier
met elkaar bezig zijn dan tijdens het dagelijkse geleidewerk. Een weekend vol
interessante workshops, wandelingen en ook niet onbelangrijk: een heleboel
gezelligheid en leuke mensen. Een van de hoogtepunten is ieder jaar weer de
puzzelwandeltocht. In kleine groepjes werden we het bos in gestuurd, gewapend
met een routebeschrijving met informatie als “sla op de derde kruising
linksaf”, “het pad wordt smaller en minder vlak” en “ga na het bankje linksaf”.
Samenwerking met zowel de hond als met de andere groepsleden is hierbij van
groot belang. Op zo’n manier een nieuwe omgeving verkennen is heerlijk. Minstens
net zo leuk is het om dit avontuur met een jonge hond aan te gaan en te merken
hoe we samen leren.
In tuig het
bos doorkruisen, Loni vond het maar een vreemde bezigheid. Ze mocht ineens niet
snuffelen op de plek waar ze normaal gesproken mag rennen en spelen. Ze volgde
netjes het pad, maar sloeg geen acht op kuilen, kleine takjes of boomwortels.
Ook modderige stukken deden haar niet veel. Normaal gesproken denderde ze hier
immers ook doorheen zonder enige reactie van mijn kant. Ook nu kreeg ze van mij
weinig commentaar. Ze is immers jong en was al wat uit haar doen door alle
nieuwigheden van het weekend. Daarbij is Loni een gevoelig en zeer pienter
hondje, dat weinig extra uitleg nodig heeft. Elke keer wanneer ze hoorde of
voelde dat mijn voet weggleed vanwege een kuiltje, dat mijn schoen over een
boomwortel schuurde, dat een takje langs mijn jas streek of dat ik reageerde
omdat mijn voet in een laag glibberige modder belandde, keek ze om. Zonder dat
ik haar echt kon uitleggen wat dan wel de bedoeling was, trok zij haar eigen
conclusies. Alleen snuffelen was voor mij reden genoeg om Loni op haar gedrag
te wijzen, want deze regel kent ze al tijden. En al snel ging de knop om. Niet
rennen of spelen, maar serieus werken, het kan ook in het bos.
Gedurende de
wandeling werd Loni steeds secuurder in haar werk. Ze begon kuilen te omzeilen
en hield even tempo in bij ongelijke stukken of boomwortels. Elke keer dat zij
zoiets deed, maakte ik haar maar wat graag duidelijk hoe trots ik op haar was.
Hoe beter zij leerde begrijpen hoe ze ook in het bos goed kan leiden, hoe
ontspannener ik met haar mee kon lopen. Ze gaf zijpaden aan en steeds vaker
belandden we ongepland vooraan de rij met honden. Ze zette er flink de pas in
en nam steeds zelfverzekerder het voortouw; ze besefte dat ze het kon. En ik?
Ik kon alleen nog maar genieten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten