vrijdag 23 februari 2018

Pesetas: geen nostalgisch geneuzel

Vroeger was alles beter. Toch? Ik vraag het me af. Van der Laan en Woe ook. In hun voorstelling Pesetas stellen de twee cabaretiers dat als je terugkijkt, je steeds hetzelfde ziet.
 
Ik herken allerlei elementen uit hun vorige voorstelling die ik bezocht. Bouwstenen die niks verraden over waar de avond naartoe gaat. Losse, vermakelijke sketches die later creatief en vernuftig gelinkt worden. Nieuw gitaarspel dat ineens vertrouwd klinkt. En de rode draad: iets ogenschijnlijk kleins en nietszeggends. In Alles eromheen was het een kop koffie. Nu is een wel heel bekend melodietje de oorzaak van alle (on)gein.
 
Terugkijken mag, terug willen is gevaarlijk. Die boodschap ligt er hier en daar wel erg dik bovenop. Het thema sluit goed aan bij eerder werk, zoals dit liedje uit de Kwis. In tegenstelling tot dat tv-programma en hun vorige theatervoorstelling dit keer geen scherpe satire die aanzet tot nieuwe inzichten of tegen allerlei aanstellerig gedrag aan schopt. Saai of prekerig is het echter totaal niet.
 
Ik lach om flauwe woordgrappen en slim taalgebruik. Een liedje dat ineens heel iets anders blijkt te zeggen, bijvoorbeeld. De diversiteit aan personages, waartussen de mannen soepel en abrupt schakelen, en de variatie in vorm maken dat ik niet weet wat er komen gaat. Van Spanje naar Finland, van negentiende eeuw tot nu, van gitarist met dromen tot ‘jaren vijftig-bril’ om grof taalgebruik te ontvluchten, ze gaan alle kanten op. Om uiteindelijk van al die puzzelstukjes een geheel te kleien. Er is minder directe interactie met de zaal, maar het publiek wordt niet vergeten. Kortom, Van der Laan en Woe houden mijn aandacht met gemak vast.
 
Zingen en musiceren is de heren ook wel toevertrouwd. Dit maal combineren ze dat met techniek: door vier schermen vormen ze met extra Van der Laans en Woes een band en zelfs een volledige musicalcast. Hoewel ik me met liefde laat meevoeren door een mooie musical, heb ik er absoluut geen problemen mee smakelijk te lachen om de conventies die je als musicalbezoeker voor lief neemt. Zoals iemand die luid zingend zijn ziel en zaligheid blootgeeft en toch door niemand op het podium wordt gehoord. Gelukkig zijn de gefilmde versies van henzelf slechts een aanvulling en blijft hun live-talent goed hoorbaar. Het is een aanvulling waardoor ze situaties en muzieksoorten kunnen spelen die anders niet hadden gewerkt. Eentje die extra zichtbaar maakt hoe zorgvuldig de voorstelling is opgebouwd en, ook al maken ze grappen over dit compliment, hoe goed hij in hun hoofd zit.
 
Voor een voorstelling over terugkijken, biedt het blinde personage Francisco Tárrega een uitstekende inspiratiebron. Deze Spaanse componist leefde in de tijd dat de peseta werd ingevoerd. Een munt die nu nostalgische gevoelens oproept. Destijds was het echter een ingrijpende verandering die, zoals zo vaak, leidde tot verzet. Met Tárrega bewijzen Van der Laan en Woe, net als in deze scène uit een eerdere voorstelling, dat ze blindenhumor uitstekend beheersen. Ja, sommige woordgrappen zijn best cliché, maar dat doet geen enkele afbreuk aan hun uitwerking. En zinnen als “We zien niet, we zien wel”, blijven gewoonweg heerlijk.
 
Een kritische noot en de uitdaging net even anders naar dingen te kijken. Dat verwachtte ik van deze avond. Ik kreeg wat anders, maar geeft dat? Ik grinnik om een wel erg flauwe woordgrap, die duidelijk niks toevoegt aan het verhaal en die de mannen, zo zeggen ze er meteen achteraan, zelf gewoon leuk vinden. En uiteindelijk is dát waarom ik steeds weer een plekje zoek in de theaterzaal. Gewoon omdat het leuk is. Als ik kon, kocht ik vast een kaartje voor hun volgende voorstelling. Naar weer zo’n avond vol verrassingen en ontspannen gelach kijk ik nu al uit.

1 opmerking:

  1. Geslaagde analyse! Je hebt duidelijk een leuke avond gehad zoals je al vertelde :-D Ik ga straks het linkje naar liedje uit de Kwis nog even aanklikken.

    BeantwoordenVerwijderen