zaterdag 20 oktober 2018

Bloedgedoe

“Ik houd niet van prikken.” Ik wil het toch even gezegd hebben.
“Tja, dan ben je hier toch echt op de verkeerde plek.”
“Ik weet het”, lach ik. Of nou ja, dat probeer ik.
Even is het stil, en dan... Tsjak! Het geluid is nogal overdreven voor zo’n prikje. Net zoals het weeïge gevoel in mijn lijf. Terwijl ik het mini-gaatje dichtdruk, wordt de uitslag bestudeerd.
“Je Hb-waarde is te laag”, luidt de conclusie. Het is dat je tijdens je eerste bezoek nog niet mag geven, anders had ik rechtsomkeert kunnen maken. Oh, dus dat kan ook nog.
 
Jaren heb ik getwijfeld: bloeddonor worden of toch maar niet? Ik vind het een vreemd idee, zomaar die essentiële vloeistof uit mijn lijf laten halen. Daarbij, ik houd niet van prikken, ziekenhuisgeuren, medische apparatuur. Hoe verder bij me vandaan, hoe beter. Maar mocht ik ooit liggen leeg te bloeden, hoop ik ook dat iemand zijn onzinnige afkeer even aan de kant heeft gezet.
 
En dus hang ik achterover in een stoel, mezelf inprentend dat ik hier echt zelf wil zijn. Links naast me mijn geleidehond. Haar antenne voor mijn emoties is eng gevoelig, maar terwijl ik luister naar al het gezoem om me heen, merk hoe de sterke geur van alcohol mijn neus binnendringt, voel hoe een band zich straktrekt om mijn arm en hoe mijn elleboogholte wordt bevoelt, ligt zij uitgestrekt op de vloer. Is er in ieder geval eentje ontspannen.
 
De machines en naalden mogen dan vreselijk zijn, de mensen zijn zeer behulpzaam. Bij binnenkomst wordt me meteen gemeld waar de balie is. Een papieren vragenlijst invullen gaat niet, dus leest de arts alles voor en vult mijn antwoorden in. Zo wordt beoordeeld of mijn bloed veilig is voor een ander. Voor mijn verzoek om mijn Hb-waarde te prikken aan de zijkant van mijn vinger, is alle begrip. Ik gun een ander best een beetje van mijn kleverige rode spul, maar mijn tastzin is me te veel waard. Geen naalden in mijn vingertoppen dus.
 
Voordat ik donor mag worden, wordt mijn bloed getest. De vrouw die de testbuisjes afneemt, bevestigt wat ik al weet: ik ben lastig te prikken. Inmiddels kan ik goed uitleggen waar op gelet moet worden; hebben die prikdrama’s van jaren geleden toch iets opgeleverd. Ze vindt mijn ader dan ook snel, maar of het zal lukken tijdens mijn volgende bezoek een halve liter af te tappen, weet ze niet.
 
Terug in de bus is mijn maag er nog steeds niet helemaal gerust op. Ik kijk naar het brede verband om mijn elleboog. Dat dit voor iedereen opvalt, interesseert me geen moer. Gewoon, omdat het me niet interesseert. En, hoe onterecht ook, omdat het voelt als een stille trofee. De eerste stap is gezet.
 
De aanhouder... mag nog niet
Inmiddels zijn we maanden verder. Mijn bloed is goedgekeurd, maar mijn eerste oproep werd vertraagd in de hoop dat ik tegen die tijd spontaan een hogere Hb-waarde zou hebben. Als ik hem eindelijk krijg, mis ik hem bijna. Het ding voelt aan als een van de flyers die ondanks mijn NEE-NEE-sticker in mijn brievenbus belandt. Ik ben al op weg naar de papierbak, als mijn nieuwsgierigheid het wint. Wat heb ik nu weer gekregen? Met een app die tekst herkent en voorleest, ontdek ik dat ik nog een paar dagen heb om op tijd aan het verzoek gehoor te geven. Maar op de dag dat ik naar de bloedbank wil, opent een griepvirus de aanval. Nu ik me al zo slapjes voel, lijkt het me niet bepaald ideaal ineens minder bloed te hebben. En nog belangrijker, niet veilig voor patiënten die ermee zouden worden opgezadeld. Nee, mensen met griepklachten mogen inderdaad niet geven, vertelt de dame aan de andere kant van de lijn. Ik krijg vanzelf een nieuwe oproep.
 
Ik kijk er niet naar uit. Maar na al het geaarzel, dat snelle moment van inschrijven (“als ik het nu niet doe, doe ik het nooit”) en de hindernissen die mijn lijf opwerpt, krabbel ik niet terug. Een stom prikje is een kleine prijs voor een mensenleven. Misschien is bloeddonor zijn niet mogelijk, omdat mijn Hb-waarde te vaak te laag is of mijn aderen het de prikker te moeilijk maken. Goed, als dat zo is, dan is dat zo. Zo’n reden kan ik aanvaarden. Dan heb ik het in ieder geval geprobeerd.

2 opmerkingen:

  1. Mocht je dapper genoeg zijn om iets aan dat natuurlijke excuus van een te lage Hb-waarde te doen: je kunt vanaf een paar dagen voordat je bloed gaat geven roosvicee Ferro drinken. Wat ook helpt is een paar dagen lang een dessertlepel tomatenpuree per dag.

    BeantwoordenVerwijderen