En toen
zaten we vast in de underground. Zoekend lopen we heen en weer, onze koffer
achter ons aan trekkend. Af en toe roep ik de naam van mijn reisgenote Laura en
krijg ik een “Hier ben ik!” terug, zodat ik weet dat geleidehond Wilka nog de
juiste persoon volgt. Natuurlijk doet ze dat, maar in deze chaos van stemmen,
voetstappen en langsrazende metro’s is wat bevestiging wel fijn. Mensen drommen
richting roltrap. Wij zoeken een andere uitweg, die er niet blijkt te zijn.
Welkom in Londen.
Ik moet bekennen: ik had mijn terugkeer naar deze metropool toch anders voorgesteld. Ook al zijn we op loopafstand, ons hotel lijkt onbereikbaar. Vanwege het gevaar op afgescheurde nagels mag Wilka de roltrap niet op, maar vaste trappen of liften zijn nergens te bekennen. We reizen een halte verder, tevergeefs. Uiteindelijk zet een medewerker een roltrap stil en leid ik Wilka aan de riem naar boven. Ik vraag de man of we dit probleem vaker gaan tegenkomen. De enige garantie op liften die hij kan geven zijn rolstoeltoegankelijke stations. Een blik op de metrokaart zegt genoeg: dat zijn er bizar weinig. Aangezien zowel mijn reisgenote als ik aan vrijheid en flexibiliteit hecht, is het tijd voor plan B. We zijn nog maar net onderweg en ze moet al leren dat (een reisgenoot met) een visuele beperking nog weleens creativiteit vereist. Gelukkig heeft ze die genoeg en raken wij gedurende de dagen erna vertrouwd met het Londense bussysteem - een stuk langzamer, maar toegankelijk. Balen, schakelen en door!
Aangezien we
allebei zijn opgegroeid met de boeken van J.K. Rowling, mag een bezoekje aan Studio Tour London – The Making of Harry
Potter niet ontbreken. Vanaf het moment dat we het gebouw naderen, bepaalt
de filmmuziek de sfeer. Het liefst zou ik over de touwen klimmen en de sets
binnenstappen, om eindelijk een ‘beeld’ te kunnen vormen van wat andere
bezoekers nu en in de films zien.
Gelukkig kan ik de vage contouren die ik zie op allerlei manieren aanvullen. Ik ben gezegend met een reisgenote die hier en elders haast onvermoeibaar bordjes voorleest, beschrijft wat ze ziet en me laat voelen wat ze kan. Filmpjes en medewerkers delen interessante en verrassende informatie over het filmproces. Ik hoor de mechaniek die voorwerpen laat bewegen – het lijkt wel tovenarij! -, voel de onregelmatige keitjes van de magische winkelstraat onder mijn voeten en wanneer we vragen of er voor mij iets meer te voelen valt, zijn de medewerkers allemaal even hulpvaardig en meedenkend. Het is duidelijk dat ze deze situatie kennen en weten wat hun mogelijkheden zijn. Ze geven me voorwerpen in handen en vertellen over het hoe en waarom van hun bestaan. En als ze niets meer voor me hebben, melden ze waar nog meer voelmogelijkheden zijn. Zo sta ik die dag met de vreemdste voorwerpen in mijn handen. Denk aan een boek vol toverdrankrecepten, een hand van een kobold, materialen waarmee de maquette van het kasteel is gebouwd en een siliconen voet van actrice Evanna Lynch (inclusief kippenvel). Allemaal reuze interessant, allemaal handgemaakt. We kunnen dan ook maar één conclusie trekken: wat een werk!
Gelukkig kan ik de vage contouren die ik zie op allerlei manieren aanvullen. Ik ben gezegend met een reisgenote die hier en elders haast onvermoeibaar bordjes voorleest, beschrijft wat ze ziet en me laat voelen wat ze kan. Filmpjes en medewerkers delen interessante en verrassende informatie over het filmproces. Ik hoor de mechaniek die voorwerpen laat bewegen – het lijkt wel tovenarij! -, voel de onregelmatige keitjes van de magische winkelstraat onder mijn voeten en wanneer we vragen of er voor mij iets meer te voelen valt, zijn de medewerkers allemaal even hulpvaardig en meedenkend. Het is duidelijk dat ze deze situatie kennen en weten wat hun mogelijkheden zijn. Ze geven me voorwerpen in handen en vertellen over het hoe en waarom van hun bestaan. En als ze niets meer voor me hebben, melden ze waar nog meer voelmogelijkheden zijn. Zo sta ik die dag met de vreemdste voorwerpen in mijn handen. Denk aan een boek vol toverdrankrecepten, een hand van een kobold, materialen waarmee de maquette van het kasteel is gebouwd en een siliconen voet van actrice Evanna Lynch (inclusief kippenvel). Allemaal reuze interessant, allemaal handgemaakt. We kunnen dan ook maar één conclusie trekken: wat een werk!
Sightseeing
Natuurlijk
staat ook sightseeing op het programma. Ik hoor de Big Ben, voel de zuilen van
Westminster Abbey, luister naar de artiesten in Covent Garden en geniet van de
relatieve rust in Hyde Park, waar het geluid van zingende vogels voor het eerst
de verkeersherrie overstemt. In het Imperial
War Museum krijgen we een privé-rondleiding, speciaal voor blinde en
slechtziende bezoekers. Onze gids is duidelijk een expert als het om
(oorlogs)geschiedenis gaat en hij besteedt niet alleen aandacht aan de
voorwerpen die ik mag voelen, maar beschrijft ook zeer gedetailleerd enkele
voorwerpen achter glas. Inclusief historische context, hoe ze op bezoekers
overkomen en waarom ze worden geëxposeerd. Fascinerend.
Les in liggen
Ook Wilka
ontdekt nieuwe dingen. Nee, niet op werkgebied; zelfs Londen lijkt haar niet te
overweldigen en rush hour is alleen maar leuk. Hoewel ik de weg net zo min weet
als zij, wordt ze daar alles behalve onzeker van. Kordaat loopt ze naast onze
reisgenote en kaartlezer. Ze houdt haar in de gaten en volgt haar richting,
maar blijft zelf nadenken en geeft bijvoorbeeld oversteekplaatsen aan die mijn
vriendin voorbijloopt. Op haar beurt meldt Laura welke kant we op gaan, wat ik
dan weer aan Wilka doorgeef, en zoekt ze verbaal contact zodra ze merkt dat ik
niet meer weet waar ze loopt. Over goede communicatie gesproken.
Wat Wilka dan
wel heeft geleerd? Dat ze prima kan liggen in tuig. Tuig aan betekent actie. Als
ze werkt is liggen er dan ook niet bij, tenzij het echt moet of iets heel lang
duurt. Maar in de wereld van Harry Potter worden stukjes slenteren keer op keer
afgewisseld met stilstaan. Terwijl wij luisteren, lezen, voelen en kijken
vraagt zij zich duidelijk af waarom ze me niet via de makkelijkste weg langs
alle mensen mag leiden en steeds mee moet richting obstakels als hekken en
gespannen touwen. Maar op een gegeven moment valt het kwartje: als die meiden stilstaan,
duurt het nog wel even. Daar legt ze zich bij neer. Letterlijk. Een dag later
blijkt maar weer eens hoe snel ze leert. De gids van het Imperial War Museum is
nog maar nauwelijks aan zijn uitleg over het eerste voorwerp begonnen of naast
me klinken een plof en een zucht. De eerste van vele.
Het moge
duidelijk zijn: Wilka heeft een enorm aanpassingsvermogen. Ze leidt me zonder
aarzelen door deze wereldstad. Dat dit haar niet in de koude kleren gaat zitten,
blijkt zodra we ’s avonds onze hotelkamer binnenlopen en zij meteen haar
kleedje opzoekt. Een fanatiek trekspelletje en racen met Londense vriendjes in
het park helpen haar te ontladen. Dat is ook wel nodig, want dit kon weleens de
pittigste werkweek uit haar carrière tot nu toe zijn. Maar hoewel ik ontzettend
veel van haar vraag, gunt ze me nauwelijks de tijd me af te vragen of ik te veel
van haar verwacht. Een dag na terugkomst in Nederland, terwijl ik best nog even
in bed zou willen kruipen vanwege een drukke week en een nachtelijke terugreis,
zeurt mevrouw alweer om actie.
De reactie
op mij en Wilka is heel anders dan in het Lake District. Geregeld richten
mensen zich tot mijn vriendin om te vragen of ik hulp nodig heb, iets wat ook
in Nederland gebeurt. De enige keer dat ik even alleen buiten ben, word ik net
als een paar maanden geleden wel meerdere keren aangesproken. Waar in november
mensen uitgelaten om Wilka’s nek hingen, slaan de aaiers nu veel geniepiger
toe. Als ik in gesprek ben of wat sta te voelen, wordt Wilka met zachte
geluidjes gelokt en geaaid. Als ik haar meeneem buiten het bereik van die
grijpende handen, wordt me verzekerd dat het “okay” is; zij vinden het niet
erg. Nee, maar ik en Wilka wel! (lees hier
waarom)
Onze eerste
ervaringen wat toegankelijkheid betreft zijn duidelijk niet positief. Ik
verbaas me erover dat een wereldstad als Londen nog zulke struikelblokken kent,
en dan heb ik nog geluk dat ik die roltrap als het moet op kán lopen. Aan de
andere kant: museummedewerkers zijn allemaal even vriendelijk, behulpzaam en
meedenkend. Alle liften die we gebruiken melden op welke verdieping ze stoppen
en oversteekplaatsen zijn gemarkeerd met noppentegels. Deze laten me in eerste
instantie echter enorm schrikken. In Nederland worden onder meer bushaltes en
oversteekplaatsen met een strook noppentegels aangegeven. Hier zijn deze
oppervlakken vele malen groter, waardoor ik ook de noppentegels van
oversteekplaatsen die we voorbijlopen onder mijn voeten voel. Resultaat: ik
denk dat ik zo de straat op loop. Gelukkig heb ik vertrouwen in Wilka, mijn
vriendin en in wat mijn zintuigen me vertellen en lukt het al snel de
aangeleerde waarschuwingssignalen die mijn voeten razendsnel naar mijn hersens
sturen te negeren. Vreemd is ook dat ik maar een enkel verkeerslicht tref dat
geluid maakt als het licht op groen springt. Londense straten op goed geluk
oversteken is uiteraard geen goed idee. Een volgend bezoek aan deze stad vol
leven en cultuur zal dus vast weer in goed gezelschap zijn. En dat vind ik
helemaal niet erg!
"Balen, schakelen, en door" : geweldig van jou, Doreen!En wat een fijne beschrijving van jullie belevenissen in Londen!
BeantwoordenVerwijderen